Ballistische meetinrichtingen: Ponsbandconverter (1969)
Ponsbandconverter POCON (1969)
Omdat de Commissie van Proefneming van de Koninklijke Landmacht overging op automatische gegevensverwerking met rekenmachines was het noodzakelijk de meetgegevens, zoals projectielvluchttijden, projectielsnelheden, vuursnelheden en de gasdrukken in de verbrandingskamer van een kanon op een informatiedrager vast te leggen. Op het Physisch Laboratorium TNO zijn hiervoor in 1969 de ponsbandconverters (POCONs) ontwikkeld die de gemeten ballistische gegevens vastleggen in ponsband. De POCON zet de decimaal gecodeerde meetgeqevens, die op de zendcontacten van de IBM output-writer verschijnen, om in de telexcode CCITT-2. De op de POCON aangesloten Siemens Parallel ponsbandperforator nr 17 ponst de gegevens in een ponsband.
Er zijn vier POCONs gemaakt, één voor de magnetische snelheidsmeetapparatuur, één voor de optische snelheidsmeetapparatuur, één voor het Doppler-rekenautomaat (DORA) en één als reserve.