Digitale techniek: Traversing Unit Test equipment (TUT) (1982)

 

Traversing Unit Test equipment (TUT)

 
Het Nederlandse leger had in 1973 156 enkelvoudige Raytheon Missile Systems’ BGM-71 Tube launched, Optical tracked, Wire datalink auto-guided missile (TOW) lanceerinrichtingen. In het begin van de jaren 80 werden aanvullend 277 dubbele TOW-systemen geïnstalleerd op de Nederlandse YPR-765’s en DAF YP508 PWAT’s. De TOW is ontworpen als een anti-tank raket. Latere versies konden ook dienen om bunkers aan te vallen.
Het TOW wapen is tot ongeveer 2005 in gebruik gebleven bij het Nederlandse leger.

Door transporten en inzet tijdens oefeningen en uitzendingen zou de goede werking van deze lanceerinrichtingen mogelijk verstoord kunnen raken. In 1982 verstrekte de MateriaalVoorzienings-Afdeling 2 (MVA2 – elektronisch materieel) van de Koninklijke Landmacht daarom aan het Physisch laboratorium RVO-TNO de opdracht om een prototype testapparaat te ontwikkelen. Het testapparaat moest de goede werking van het affuit van een TOW-lanceerinrichting kunnen testen.

De TOW raket
De TOW raket met uitgeklapte voor- en achtervinnen

 

De TOW affuit
De TOW affuit en gemonteerde richtapparatuur

Het door TNO ontwikkelde testapparaat Traversing Unit Test equipment (“TUT”) werd ontworpen om iedere elektrische verbinding van een TOW met het affuit te testen. Tevens kon de juiste veerdruk, nodig bij het laden van de TOW-raket, worden gemeten. De TUT was het eerste door TNO ontwikkelde apparaat op basis van een microcomputer en printed circuit boards (PCBs). De PCBs zijn met de hand van bedrading voorzien en waarbij de Integrated Circuits (IC’s) in voetjes zijn geplaatst. Het prototype voldeed daarom niet aan militaire eisen.

De TUT bestaat uit vier delen:
1. Een Intel 8751 microcomputer met de voeding en het display. Deze is geplaatst in een lege, gebruikte TOW-raketkoker.
2. Richtkijkersteun met kabel. Deze richtkijkersteun wordt aangebracht als goedkope vervanger voor de TOW-infraroodrichtapparatuur.
3. Richtkijker.
4. Transportkist voor de TUT. Deze kist diende tevens als uitlijnscherm.

Het blokschema van de TUT
Het blokschema van de TUT

 

Lege TOW-raket-lanceerbuis met de TUT
Lege TOW-lanceerbuis met de TUT

 

Raketlanceerbuis met TUT geplaatst op een affuit
Raketlanceerbuis met TUT geplaatst op een affuit

Het meten van de verbindingen bestond niet alleen uit het testen van de doorverbindingen, maar ook uit een isolatietest voor de bij elkaar liggende draden in de kabels. Ook de geleiding (weerstand) van elke verbinding werd gemeten. Verder werd de druk gemeten waaronder een TOW raket werd vastgezet in de lanceerkoker.

Bij de meetprocedure op de TUT-eenheid worden de volgende knoppen en indicatoren gebruikt:

  • TOW TEST:  knop start meting
  • CONTINUE:  knop naar volgende meetfase
  • CONTINUE (knipperende led): naar volgende meetfase
  • ERROR (knipperende led): fout geconstateerd in een meetfase
  • MEMORY (knipperende led): meer informatie is beschikbaar
  • MEMORY: indrukken van de knop geeft aanvullende informatie
  • AZIMUTH/ELEVATIE meter: deze geeft de polariteit voor deze grootheden aan.

Het LCD (display) geeft de status voor de afzonderlijke metingen, knippert bij lage batterijspanning.

De volgende meetfasen worden doorlopen:

  • veerkrachtmeting
  • isolatietest
  • geleidingsmeting
  • trigger-test
  • azimuth- en elevatiemeting van het affuit
  • wirecutter test

Was bij de veerkrachtmeting de druk groter dan de referentiedruk, dan werd de TUT afgeschakeld. Traden er bij de voortgaande metingen fouten op, dan werden de metingen niet afgebroken maar opgeslagen zodat ze op een later tijdstip konden worden beoordeeld.
De Trigger-test vervangt de afvuurknop voor de TOW. De Wirecutter (draadsnijder) vervangt de werkelijke cutter die na de afrol van de geleidingsdraden bij het naderen van het doel gebruikt wordt.